Stokstaartjes leven in groepen van rond de dertig dieren, en leven in grote holen met uitgangen verspreid over hun hele territorium. In een samenleving van stokstaartjes, heeft elk individu een eigen taak. Zo zijn er bijvoorbeeld wachters, die staan op de uitkijk. Er staat altijd wel een stokstaartje op de wacht, om de rest te waarschuwen als er een roofdier aankomt. Ze staan dan ook hoger dan de rest, steunend op hun staart. Ze geven alarmsignalen, zoals fluiten, wat ‘oppassen’ betekend. Ook kunnen ze een blaffend geluid maken, en als dat signaal klinkt nemen ze allemaal de benen en vluchten ze weer ondergronds. Als er echt gevaar is beginnen alle stokstaartjes te graven, dit doen ze om een grote stofwolk te maken om de aanvaller af te leiden terwijl ze vluchten. Als ze vechten kunnen stokstaartjes in groepen vijanden aan die groter dan zij zelf zijn, en ze voeren zowel schijn- als echte aanvallen uit. Mocht een stokstaartje aan de verliezende hand zijn, gaat deze op zijn rug liggen en vecht hij terug met hun tanden en klauwen. Stokstaartjes babysitten de jongen van het alfavrouwtje, en als er gevaar is neemt de babysitter ze mee naar een veilige plek om ze daar te beschermen. Zoals bij veel diersoorten leren stokstaartjes jagen door te kijken naar de volwassene dieren. Deze doen dan bijvoorbeeld voor hoe je de angel van een schorpioen er af haalt om hem op te eten. Per groep stokstaartjes verschilt de verdeling van het slapen, dit hangt af van lokale roofdieren. Dieren die van groep wisselen passen hun slaapschema aan zodat het bij hun nieuwe groep past. Stokstaartjes hebben veel geluiden, zoals eerder benoemt. Ze hebben bijvoorbeeld verschillende geluiden voor een roofdier in de lucht dan voor een roofdier dat op de grond op ze af komt. Daarnaast geeft de toon van het alarm aan hoe snel ze weg moeten komen. Als ze bijvoorbeeld een hoge roep horen die aangeeft dat er een roofdier op de grond aankomt zullen ze waarschijnlijk naar het dichtstbijzijnde hol rennen en zich daar verstoppen. Als er eenzelfde signaal klinkt, maar dan voor een roofdier in de lucht (een adelaar bijvoorbeeld) dan zullen ze zich eerder zo plat mogelijk maken zodat ze niet gezien worden.